Voorbereidingstijd = arbeidstijd

18 september 2024

Stel: Jouw werknemers moeten tien minuten voor aanvang van hun dienst aanwezig zijn, zodat zij op tijd aan hun dienst kunnen beginnen. Moet je over deze tien minuten dan ook loon betalen? Ja, aldus de Hoge Raad.

Wat speelde er?

De werknemer was sinds 26 september 2016 bij de werkgever (een callcenter, Teleperformance) in dienst op basis van een min/max-contract. In de Planningsregels van de werkgever was onder andere “de 10 minutenregel” opgenomen, deze luidde als volgt: “(…) Het is de bedoeling dat je, volgens het aan jou uitgereikte rooster je werkzaamheden verricht. Dat wil zeggen dat je je zowel aan de werktijden als aan de pauzetijden houdt. Door je webstation altijd open te hebben, ben je altijd van alle tijden op de hoogte. 09.00 uur beginnen betekent dat je exact om 09.00 uur klaar zit om je eerste call aan te nemen danwel te maken. Meld je daarom altijd 10 minuten voor aanvang van je dienst bij je supervisor, dan ben je nooit te laat; (…)”. De werknemer diende eerder aanwezig te zijn om op de systemen te kunnen inloggen, zodat stipt op tijd het eerste belletje zou kunnen worden afgehandeld.

Uiteindelijk maakte de werknemer aanspraak op nabetaling van salaris en hij stelde daartoe onder andere dat hij 10 minuten voor de start van zijn dienst aanwezig dient te zijn. Het eerder aanwezig zijn van werknemers om zich te melden bij de supervisor zou een opdracht van de werkgever zijn en derhalve werktijd, welke werktijd volgens de werknemer dient te worden uitbetaald. De werkgever betwiste dat de werknemer aanspraak zou kunnen maken op achterstallig loon.

Recht op loon over de voorbereidingstijd!

De kantonrechter, het hof en (nu dus ook) de Hoge Raad hebben geoordeeld dat de 10 minuten voorbereidingstijd inderdaad moeten worden beschouwd als arbeidstijd, zelfs als de werknemer niet volledig productief is. De werknemer werd immers geacht vóór zijn dienst aanwezig te zijn om de werkplek, dit was een opdracht van de werkgever.

Wat betekende dit oordeel in dit geval concreet: De werkgever werd veroordeeld tot betaling van een bedrag van € 1.587,03 ter zake van achterstallig loon en een bedrag van € 86,26 ter zake van achterstallig vakantiegeld. Deze bedragen werden vermeerderd met de wettelijke verhoging (€ 836,64), de wettelijke rente en de buitengerechtelijk incassokosten van € 384,90.

ULTEAMe tips voor werkgevers

Maak duidelijke afspraken met werknemers over arbeidstijden en pauzes, zodat hierover geen onduidelijkheid kan bestaan en onnodige juridische procedures worden voorkomen. Je kunt bijvoorbeeld denken aan het maken van duidelijke planningsregels, waarbij de kaders rondom arbeidstijd en pauzes in acht worden genomen. Verlang jij van werknemers dat zij eerder aanwezig zijn, wees je er dan van bewust dat die tijd kan worden aangemerkt als arbeidstijd (waarover loon betaald moet worden). Onzorgvuldig handelen op dit punt kan leiden tot aanzienlijke kosten.

Stuur ULTEAM een bericht

Liever direct een bericht sturen? Dit kan naar info@ulteamadvocaten.nl