ZZP’er of werknemer?

4 november 2024

De Belastingdienst zal per 1 januari 2025 gaan handhaven op schijnzelfstandigheid. Afgelopen vrijdag publiceerde de Belastingdienst in dat kader de Toelichting Beoordeling arbeidsrelaties.

In de toelichting is te lezen welke feiten en omstandigheden een rol spelen bij het beoordelen van de arbeidsrelatie tussen opdrachtgever en opdrachtnemer. Het is geen verrassing: de gezichtspunten die de Hoge Raad heeft geformuleerd in het Deliveroo-arrest vormen het uitgangspunt.

De door de Hoge Raad geschetste gezichtspunten uit het Deliveroo-arrest zijn:

  1. De aard en de duur van de werkzaamheden;
  2. De wijze waarop de werkzaamheden en de werktijden worden bepaald;
  3. De mate waarin het werk én de opdrachtnemer onderdeel zijn van de organisatie van de opdrachtgever (inbedding);
  4. Het al dan niet bestaan van een verplichting om het werk persoonlijk uit te voeren;
  5. De wijze waarop de afspraken tot stand zijn gekomen;
  6. De wijze waarop de beloning is bepaald en wordt uitbetaald;
  7. De hoogte van deze beloning;
  8. De vraag of de opdrachtnemer daarbij commercieel risico loopt (ondernemersrisico);
  9. De mate waarin de opdrachtnemer (in het economisch verkeer) als ondernemer gedraagt of kan gedragen, bijvoorbeeld: bij het verwerven van een reputatie, bij acquisitie, wat betreft fiscale behandeling en gelet op het aantal opdrachtgevers voor wie hij werkt of heeft gewerkt en de duur waarvoor hij zich doorgaans aan een bepaalde opdrachtgever verbindt.


De Belastingdienst hanteert in het kader van de handhaving de holistische toets (alle omstandigheden van het geval, in onderling verband bekeken, zijn van belang) en nog niet de toets uit de Wet Verduidelijking Beoordeling Arbeidsrelaties en Rechtsvermoeden (Wet VBAR).

Benieuwd naar de Wet VBAR? Lees dan onze eerdere blog hierover.

Stuur ULTEAM een bericht

Liever direct een bericht sturen? Dit kan naar info@ulteamadvocaten.nl